Pit van Nes (Eindhoven, 1955) houdt van gedichten, omdat poëzie een taal spreekt die niet vaststaat. Daarom kan een gedicht steeds opnieuw gelezen en beleefd worden.

Zij schreef poëzie bij o.a. André Stek, Elly de Waard, Ingmar Heytze en Mustafa Stitou, en publiceerde in Dagkalenders van de Nederlandse en Vlaamse poëzie en in diverse verzamelbundels. Als docent aan De Haagse Hogeschool gaf zij HOVO-cursussen poëzie, o.a. over Rutger Kopland die zegt: ‘Een gedicht maken is de vraag onderzoeken wat treft mij.’

Ze leidde de jaarlijkse poëzieweekenden van de Landelijke Stichting Rondom Poëzie en presenteerde diverse keren Den Haag Taalt, een jaarlijkse poëziemanifestatie met Nederlandse en Vlaamse professionele dichters in theater Branoul en De Haagse Kunstkring te Den Haag. Zij treedt regelmatig op en luistert graag naar mededichters in o.a. S-Plaza, De Groene Fee en Poëzie op het Spoor, om ‘vurig het hart te proeven, het ritme te raken en te wachten op het daglicht’.

Die eerste keer

Die eerste keer dat wij op het water liepen

gedreven door een vuur in de verte
vlogen we voort over de golven

niets omhulde ons

we keken recht in fonkelende vlammen
die links en rechts versprongen
en bloemen vormden
die van ons hielden

wij werden het water
wij geloofden de wolken
onuitblusbaar vertrouwen
in de nacht

die eerste keer dat wij op het water liepen

Pit van Nes

Morro de São Paulo

Op het achterdek
in een brede zon
varen we met ons bootje
over de Atlantische Oceaan
naar het vierde strand

één van de zomermaanden
zo kristalhelder de zee
bewegen we op
en neer in
te jonge jaren
doen niet meer alsof

tot het water ons inhaalt

Pit van Nes

‘Voor mij is een gedicht iets dat je zegt en tegelijk zeg je het niet. Het geheim van letters, woorden, beelden, regels – op een bepaalde manier gevormd. Er blijft iets te raden. Dat wil ik zo houden.’ – Pit van Nes

Het loopt

Ik word wakker ondanks duister
beweeg langzamer dan ooit
alleen het hoognodige

het zijn de dagen van kurk

van roerloos ondersteboven
op handen in bronnen staan
voeten vegen in beken
de huid zucht onder brand

mensen dragen geen kleren
vallen van daken
het is de natuur ook ik

ontdoe mij van lagen
ontloop het lichaam
dat mij draagt

neem de benen

Pit van Nes

Wachtwoord

De woorden

nemen tijd in beslag
wanneer hij denkt
wijzer dan voorheen
doorloopt hij zinnen
oog en oor beslaan

ze zijn er
de verbanden
vragend kijken zij
elkander aan

het is zoals het is:
niet

nog niet

Pit van Nes

© Pit van Nes (2019) voor alle gedichten, foto’s en geluidsopnames op deze pagina.