Zolang er kusten zijn

Zolang er kusten zijn
waar,
op de polsslag van ’t leven,
’t zaad van overvloed,
in eb de dood ontmoet,
en zo elkander ritme geven.

Zolang er kusten zijn,
waar,
geworpen door ’t tij,
elke drenkeling in mij,
zich kort poogt op te richten,
nog onwennig aan ’t licht, en
verblind,
als was ’t maar voor even
door schoonheid van ’t leven,
dan,
door sterfelijkheid bedrogen,
te snel, te snel,
als wrakhout,
weer terug gezogen.

Waar nagels,
aan gestrekte arm,
naamloos en vergeefs,
tekens in ’t natte zand
naar houvast krassen,
laat elke volgende, nieuwe golfslag
taal noch teken
ongewassen.

Maar toch,
zolang er kusten zijn,
zal ik blijven dromen
van – en moge ’t ooit kome –,
’n branding zonder pijn.

Wim van Passel

 

© Wim van Passel (2021) voor foto en gedicht. Meer lezen? Van Nico Keuning (1956) en Wim van Passel (1946) verscheen de bundel Over leven en overleven, meer daarover vindt u hier op de site.